“De politiek is één groot toneelstuk geworden,” zegt Johan, 48, terwijl hij zijn bril even goed zet. Hij geeft les op een hogeschool, is gek op maatschappij en geschiedenis, maar dit jaar blijft hij op verkiezingsdag bewust thuis. “Ik heb jarenlang trouw gestemd, meestal op de VVD, maar ik heb er niks voor teruggekregen. Het maakt echt geen verschil.”
Gedesillusioneerd door de politiek
Vroeger volgde Johan alles met plezier. Hij keek debatten, dook in partijprogramma’s en probeerde zijn studenten warm te maken voor meedoen in de samenleving. Dat gevoel is weg. “Ik heb het decennia geprobeerd serieus te nemen. En wat is er veranderd? Helemaal niks. De problemen zijn alleen maar opgestapeld.”
Hij somt ze op alsof hij ze uit het hoofd kan opdreunen: “Meer immigratie, minder betaalbare huizen, hogere lasten, zorg wordt duurder, boodschappen ook. Wie er ook in Den Haag zit, de koers blijft hetzelfde. Dan vraag je je toch af: waar stemmen we eigenlijk nog voor?”
“Iedereen doet alsof”
Wat hem nog het meest irriteert, is hoe politici zich gedragen. “Het voelt als een act. Voor de camera roepen ze stoer, maken ruzie, en in de wandelgangen staan ze te lachen. Ze praten eindeloos over problemen, maar lossen er geen één op. En de gewone Nederlander? Die kijkt toe en betaalt de rekening.”
Volgens hem is de Tweede Kamer een podium waar woorden zwaarder wegen dan daden. “Er komt steeds weer een nieuw plan, een commissie of werkgroep. Maar echte besluiten die het leven van gewone mensen beter maken, blijven uit. Ondertussen gaan de energieprijzen, de huur en de zorgpremie gewoon omhoog.”
Brussel trekt aan de touwtjes
Johan ziet nog een fundamenteler probleem: volgens hem heeft Nederland weinig eigen ruimte meer om wetten te maken. “We kunnen hier stemmen wat we willen, uiteindelijk geeft Brussel de doorslag. Europees recht gaat boven onze eigen regels. Dus zelfs als de meerderheid iets wil, loopt het vaak stuk op Europese afspraken.”
Dat gevoel van machteloosheid drukt zwaar. “We doen alsof we een zelfstandige democratie zijn, maar we zijn meer een provincie van de EU. Over grenzen, landbouw, energie en migratie hebben we nauwelijks nog eigen zeggenschap. Dan kun je eerlijk zijn en zeggen: stemmen is vooral symbolisch.”

Steeds meer niet-stemmers
Johan staat niet alleen in zijn frustratie. Het aantal mensen dat niet meer gaat of blanco stemt, groeit. Vooral kiezers die zich niet vertegenwoordigd voelen, haken af. “Het is niet dat ik onverschillig ben,” zegt Johan. “Ik geef nog steeds les over democratie en burgerschap. Ik geloof alleen niet meer dat het iets oplevert. We draaien rondjes.”
Verlangen naar echte ommekeer
Toch hoor je ook iets van weemoed in zijn stem. “Ik ben groot geworden met politiek die nog over idealen ging. Over richting en visie. Nu draait alles om beeldvorming en peilingen. Iedereen jaagt de waan van de dag na. Langetermijnbeleid lijkt verdwenen.”
Hij hoopt op politici die echt luisteren, eerlijk benoemen wat misgaat en beleid maken dat niet alleen mooi klinkt, maar ook werkt. “Maar zulke leiders kom je nog zelden tegen. En zolang dat zo blijft, ga ik niet meer.”
Wat vind jij?
Heeft Johan een punt dat stemmen weinig effect heeft omdat de koers toch niet wijzigt? Of is juist nu je stem laten horen belangrijk om verandering te forceren?
Feit blijft dat mensen zoals Johan – hoogopgeleid, politiek betrokken, maar teleurgesteld – steeds vaker afhaken. En misschien zegt dat wel meer over de staat van onze democratie dan over hun motivatie.
Johan zucht, leunt achterover en zegt:
“Ik stem al 30 jaar. Elke keer kreeg ik meer regels, hogere lasten en minder invloed. Vertel mij maar eens wat daar nog democratisch aan is.”



