Oorbellen zijn al eeuwenlang populair als sieraad. Toch vragen veel ouders zich af: wanneer is het juiste moment om oorbelgaatjes bij je kind te laten zetten? Is het slim om dat al als baby te doen, of kun je beter wachten tot later? Artsen hebben daar een helder standpunt over – en het zal je misschien verrassen.
De discussie: meteen of later?
In tal van culturen krijgen baby’s al vroeg oorbelletjes, soms zelfs kort na de geboorte. In Nederland ligt dat gevoeliger: veel ouders twijfelen door zorgen over pijn, infecties of de kans dat hun kind het later niet wil.
Toch geven deskundigen aan dat er geen harde ondergrens bestaat waarop het pas mag of juist niet. Wel is er een leeftijd die volgens artsen het meest passend is – medisch én emotioneel.
Wat artsen als beste leeftijd zien
Meestal adviseren artsen om te wachten tot je kind zo’n 6 tot 8 jaar is. Dan is de huid steviger, het afweersysteem verder ontwikkeld en kan je kind zelf begrijpen wat er gaat gebeuren.
Kinderarts dr. Marleen Jansen legt uit waarom dat uitmaakt:
“Als een kind snapt wat oorbellen zetten inhoudt, blijft het meestal rustiger tijdens het prikken en werkt het beter mee met de verzorging erna. Dat voorkomt een hoop gedoe en complicaties.”
Daarnaast kan een wat ouder kind zelf aangeven of het dit wil, in plaats van dat jij die keuze voor hen maakt.
Waarom oorbelgaatjes bij baby’s vaak geen goed idee zijn
Bij baby’s kan het technisch gezien wel, maar artsen raden het meestal af. De belangrijkste redenen:
Grotere kans op ontsteking: Kleintjes zitten vaak aan hun oortjes, waardoor bacteriën makkelijker binnenkomen.
Kleine oorlellen: De oorlel is nog in ontwikkeling, waardoor het gaatje later van plek kan veranderen.
Meer pijn en stress: Baby’s kunnen de prikkel niet plaatsen, wat het zetten en de nazorg lastiger maakt.
Ook kunnen kinderen er later spijt van krijgen – en een littekentje is niet altijd helemaal weg te werken.
Goede nazorg maakt het verschil
Of je nu een peuter of een tiener hebt: hygiëne staat voorop.
Artsen adviseren:
Reinig de oorlellen twee keer per dag met een milde desinfecterende oplossing.
Laat de eerste oorbellen minstens zes weken zitten voordat je wisselt.
Niet draaien of friemelen met ongewassen handen.
Vermijd nikkelhoudende oorbellen om allergieën te voorkomen.
Let op signalen van een ontsteking, zoals roodheid, zwelling of pijn. Verdwijnen de klachten niet, laat er dan een huisarts naar kijken.
Laat het door een professional doen
Zorg dat de gaatjes worden gezet door een ervaren piercer of juwelier die hygiënisch werkt. Ook sommige artsenpraktijken en gespecialiseerde klinieken doen dit onder steriele omstandigheden.
Zelf thuis experimenteren of naar een niet-gecertificeerde salon gaan, raden artsen af. De kans op infecties en scheef geplaatste gaatjes neemt dan flink toe.
En als je kind er zelf om vraagt?
Rond een jaar of zes beginnen veel kinderen erover, vaak omdat klasgenootjes ze al hebben. Dat is precies de leeftijd die artsen verantwoord vinden. Een goed moment om samen te beslissen en je kind mee te laten kiezen welke oorbellen het worden.
Zo wordt het niet alleen een medische handeling, maar ook een bijzonder moment – een klein ritueel dat ze niet snel vergeten.
In het kort
De meest geschikte leeftijd om oorbelgaatjes te zetten is tussen 6 en 8 jaar.
Dan is de huid sterker, snapt je kind wat er gebeurt en kan het zelf helpen bij de verzorging.
Bij baby’s kan het, maar de risico’s liggen hoger.
Hygiëne en goede nazorg zijn cruciaal om ontstekingen te voorkomen.
Denk je aan oorbellen voor je kind? Geduld loont. Wacht tot ze er klaar voor zijn – lichamelijk én mentaal.
Zo schitteren die eerste oorbellen niet alleen in hun oren, maar ook op een moment dat ze het echt zelf willen.
